Retraite 13 t/m 17 februari 2012
Verslagen van deelnemers


De remedie van een week "alleen maar leven" [thema van de retraite] doet een mens goed.

Waarom? Om te ervaren dat een mens gelukkig in staat is, om steeds beter te beseffen dat ‘ik’ niet zo belangrijk is.
De vele bijwerkingen van deze ‘ik’ worden zo duidelijk, dat ‘alleen maar leven’ een goede vervanging blijkt om de ‘ware ik’ te laten stralen.
De trancedente werking ontkracht het vergankelijk vormengebied.

Het verkeren in rust, verbonden met hartskwaliteiten en wennen aan onthand zijn, helpen ons, met het steeds bewuster worden van de mens die we echt zijn.
Vertrouwend, belevend en ruimte scheppend, worden we steeds gladder gepolijst met het fijnste Dharma-schuurzand.

Een van de uitwerkingen van dit polijsten was voor mij, is dat er helder zicht is gekomen op de werking van het zoeken naar bevestiging.
Zolang we behoeftig het gezag buiten ons zelf zoeken en nodig hebben, staan we niet volledig in onze eigen kracht.
Afwijzing blijkt nu zelfs een welkome wegwijzer naar eigen kracht!

En of het nu afwijzing of gebrekkigheid betreft. Alles dat vanuit liefdevolle ruimte wordt omarmd in plaats van veroordeeld, kan dienen als ingrediënt voor kloppendheid.
De harmoniserende werking van gezag geven aan de grondintentie maakt deze ruimte groter en groter.

Een grote waardering maakt klein afscheid overbodig.
Dank jullie wel.

Remy


"Wees geen beginpunt van een proces, maar een eindpunt van werkelijkheid."
Deze uitspraak van Ad tijdens een training voorafgaand aan de retraite fungeerde als een heldere wegwijzer.
Het hielp me de intentie te verdiepen, het hart te openen en voeling te verfijnen.
Geen proces zijn ervaar ik als steeds meer ruimte winnen, oneindig aan werkzaamheid ontdekken en volle beleving zijn.
Alleen maar leven is alleen maar nieuw zijn.
In eeuwige seconden wordt stapsteen sluitsteen.

Lieke


Het was een fijne week zo in Moorveld. Precies wat ik nodig had. Intensief, confronterend vaak, maar ook uitnodigend en inzichtrijk.
Niet zozeer op het gebied van emotionele uitbarstingen en karmisch gestruikel, dat heb ik wel voldoende gehad in andere sesshins. Toch was deze week de meest intensieve tot nu toe voor mij.

Het begon al vrij snel met de opmerking van Ad (in persoonlijk overleg) dat hij dacht dat ik op een plateau was beland waar nog maar weinig beweging was, alsof ik vastzat in een conclusie. Het traject van voorheen had geleid tot inzicht in mijn karmische patronen en heel veel is op zijn plaats gevallen.
Toch zit daar nog iets wat me blijkbaar ervan weerhoudt de onvoorwaardelijke eindstap te zetten in de richting van de ware mens die ik zijn kan en ergens daarbinnen ook ben. Een diepe (en taaie) innerlijke wonde zoals Ad het noemde.
Na enig navoelen kon ik wel beamen dat dit inderdaad klopt; een soort van fatalistisch gevoel van mislukking was wel ingetreden in mijn oefenproces.

Belangrijk voor mij is dat ik ten eerste een hele duidelijke keuze moet maken voor de Dharma en daarin moet gaan plaatsnemen. Verdwijnen in het oefenen en me helemaal openen voor Dharma-werking. Vervolgens me realiseren dat dit verder zal moeten reiken dan mijn persoon, anders blijft het binnen de grenzen van diezelfde persoon... vaardigheidswerk. Het zal groter moeten zijn dan mezelf. Dit kan alleen maar via overgave.

Met die insteek en uitnodiging ben ik aan de slag gegaan deze week. Mijn vragen van alle hoeken bekeken. Niet te snel tevreden zijn als het niet duidelijk was. De voor mij belangrijke thema's blijven bevragen ook al ben ik bang een zeurpiet gevonden te worden. Doet er niet toe: direct zijn, mezelf openen en alles aangaan. Niet eens omdat Ad het zegt, maar omdat ik de noodzaak voel. Ik kan niet langer 'dicht' blijven. Dát, of ik accepteer gewoon het verder doorsukkelen en val weer in slaap.

Thema's en oefenmogelijkheden genoeg gehad om mijn nek over te breken, maar ook identificatie met waarachtigheid, invoeling en onvoorwaardelijke liefde. De makkelijke oplossingen doorzien (bijv. sociaal contact maken als ik me eenzaam voel) en inzien dat dingen op het diepste niveau opgelost moeten worden. Mezelf niet afmeten en de maat nemen maar aanvaarding en zachtheid.
Lastig voor mij te begrijpen was met name de ingang naar trancendentie, het vastgeklonken zitten in de vorm en teveel op de buitenkant (wereld) georiënteerd zijn.

Tekenend vond ik mijn antwoord op een vraag van Ad hoe het zitten gegaan was. Ik mat het af aan de onrust en moeite die het me kostte om 'erin' te zakken. Dus niet zo goed naar mijn idee. Maar toen ik vervolgens gevraagd werd hoe mijn inzet was geweest moest ik bekennen dat die stevig was. Intentie is belangrijker dan de vorm die iets aanneemt.

Teveel om op te noemen wat er verder nog allemaal de revue gepasseerd is, maar het heeft weer leven gebracht in de doodsheid van het vastzitten.
Hartelijk dank Ad en alle mede-deelnemers voor jullie hulp en steun!
(Jean-Paul ook voor de bacillen :-)

Guido


Het is verbluffend en tegelijkertijd heel concreet en verfijnd voelbaar in het zitten (meditatie) hoe er allerlei krachten werkzaam zijn die mezelf onderuit halen en tegelijkertijd wordt het voelbaar hoe die veroorzaakte, onwenselijke, onheilzame neigingen worden opgenomen, verzacht, erkent, ingezien en los gelaten.
Door de bereidwilligheid om er naar te kijken en het leven alle gezag te geven lost alle onechtheid uiteindelijk op, houdt geen stand.

  • Er ontstaat besef dat het om leven gaat en niet om Zen of Boeddhisme.
  • Er ontstaat besef over het verschil tussen beleving en beeldvorming.
  • Er ontstaat besef hoeveel leven me ontgaat.
  • Er ontstaat besef van dankbaarheid voor de mogelijkheid tot oefenen; je te kunnen committeren aan leven.
  • Er ontstaat besef van onvoorwaardelijkheid, van niet veroorzaakt zijn.

Alleen maar leven,
Alleen maar onbekend,
Alleen maar nieuw

Onhoudbaar nuchter

Jean-Paul


Nadat ik 5 februari aanwezig was bij de kennismakingsbijeenkomst op zondagochtend wist ik dat ik verder wilde. Maar hoe en wanneer? Over een maand opnieuw een kennismakingsochtend? Het voelde veel te urgent om daar zo lang mee te wachten. Ik was dus heel blij dat ik de mogelijkheid aangeboden kreeg mee te doen aan de retraite.

In de afgelopen tijd hebben een aantal vragen mee vaak beziggehouden. Wat is voor mij waar? Waar kan ik vanuit mijn hart in geloven, omdat ik het kan ervaren en voel dat het klopt? Heb ik nog enige verbinding met de overtuigingen waar ik mee opgegroeid ben? Welke rol spelen ze nog? Wat staat me te doen?

Daarnaast was ik veel bezig met wat ik maar " het gedoe" noem. Allerlei interessante projectjes om mijn tijd in te vullen en zin te geven, om er straks een leuk praatje over klaar te hebben. Ook het gevoel me te moeten verantwoorden over mijn levenswijze tegenover mezelf en tegenover derden. Schuldgevoel, me nutteloos voelen.

Wat me zo aangesproken heeft meteen die eerste keer was de beschrijving van al dat geknutsel om wat van jezelf en van je leven te maken. En dat iedereen daar mee bezig is. Kijk mij. Het vergelijken en meten. En het gevoel dat dat allemaal niets met het wezenlijke te maken heeft.

Voor mij was het meedoen aan de retraite een grote en zich opdringende stap. Het was een grondige kennismaking met zen boeddhisme, er werd fysiek en mentaal een veel groter beroep op me gedaan dan ik gewend ben. De eerste dagen wilde ik naar huis, maar voelde dat er geen weg terug was, dat dat heel onbevredigend zou zijn en dat ik dan niets zou zijn opgeschoten.

Ik heb uiteindelijk heel veel geleerd en ontdekt. Ben met een heel blij, helder, ruim gevoel thuisgekomen. Met het gevoel dat ik iets heel definitief begrepen had en tegelijk net begonnen was.
Van daaruit is er meer inzicht in wat me te doen staat en in waar het altijd weer mis gaat.
Maar waarom zou je je best niet doen? Dat was één van de ontdekkingen: je kunt je best doen! Wanneer ben ik daar eigenlijk mee opgehouden en ben ik behoeftig gaan leven?

En daarbij hoorde de ontdekking dat er nog zo veel ruimte is om me dieper te verbinden met elk moment, wat laat ik veel liggen! Wat kan het allemaal aandachtiger, liefdevoller, zorgvuldiger. Dat geldt voor alles, ook voor het mediteren. Het was fijn om uit de vrijblijvendheid van zelf maar wat doen, terecht te komen in de zorgvuldige houdingen en rituelen en fijn om me te kunnen spiegelen aan anderen.

Natuurlijk was het vreemd om deel te nemen aan een traditie die me niet vertrouwd is. Ik ben daar altijd een beetje sceptisch over geweest. Het hielp me dan ook om te zien dat het uiteindelijk ook niet om die traditie met haar rituelen gaat, maar dat het om menselijke beleving van leven gaat. De vormen hebben me niet gestoord, wel soms wat ongemakkelijkheid, onwennigheid. Maar ik heb ook genoten van de schoonheid en de intensiteit ervan.

Het onderricht heeft veel indruk op me gemaakt. Ik heb veel herkend, veel geleerd en bevat ook veel niet. Wat me blij heeft gemaakt is het zinnetje: het goede staat achter je. Goedheid is er al, je hoeft je niet in allerlei bochten te wringen om kunstmatig goed te gaan doen. Je kunt luisteren en wat nodig is dient zich dan aan.

En wat me aan het lachen heeft gemaakt (en nog), was: "…en mijn hondje kan achteruit lopen". Als mijn fantasie op hol slaat, dan denk ik daar aan.

Verder was het voor mij fijn om in stilte samen te zijn met anderen en om af te mogen zien van allerlei plichtplegingen, er gewoon bij te mogen zijn. Dank daarvoor. En ook voor de zorgvuldige begeleiding van Ad. Ik heb me daardoor veilig gevoeld.

Dit is een klein verslagje van hoe ik de dagen heb ervaren.
Ze zijn heel belangrijk voor me geweest.

Marja


Niets is mij werkelijker dan de oefenvorm
Verder vertrouw ik niets of niemand
Maar ik weet me gezien
In een rustpunt zonder begin
Minimale actieradius
Bezet maar niet bezeten
Ongemerkt vanzelfsprekend
Vrije expressie van ware aard

Landau


De laatste avond, ik kan niet in slaap komen. Ik proef de vertrouwdheid van de mensen die her en der liggen te slapen. Intieme vrienden, een vertrouwde verbinding die al lijkt te bestaan sinds een tijd voor ik mij heugen kan. Als persoon heb ik ze pas later in mijn leven leren kennen. Door het oefenen hier, met name het intense oefenen tijdens de sesshin, gaat mijn hart open en is er verbinding die niets te maken heeft met hoe we als personen met elkaar overweg kunnen. En het is heel fijn om dat te kunnen zien ook bij de ander, om geen 'ander' meer te zien, om onze herkomst te zien.

Vanuit de beleving van die herkomst, de bron, het leven, blijken we één lichaam te zijn en ook écht zo te werken. Het is geen metafoor, geen overdrachtelijk spreken, maar substantiële werkelijkheid. Als één lichaam blijken we vanzelf in harmonie te klinken, veelkleurig, maar in harmonie. Of een samenhangend ritme voort te brengen. Of in een kadans te kunnen werken, synchrone klapoefeningen, steeds sneller, zonder uit het ene lichaam te vallen en te isoleren in de kleinheid van moeite of iets willen neerzetten.

Instekend op 'alleen maar leven' voelt deze sesshin geenszins als een proces, maar enkel als zich steeds vernieuwende intentie. Er hoeft niets bereikt te worden. Gezamenlijk overleg draagt de uitnodiging in zich om het helemaal te bevragen, en te rusten wanneer er geen vragen zijn. Er hoeft niets gemaakt te worden. "Vragen ontstaan door een vermoeden van het antwoord." En als er geen vragen zijn, ben je helemaal expressie. Nu durf ik eindelijk werkelijk elke impuls tot iets zelf te genereren, links te laten liggen. Tot het helemaal uitdooft en ik voel dat ik dit vanuit mijn oude perspectief een dooie boel zou vinden, maar waarvan ik nu kan ervaren dat het goed is.

Er komt iets bloot te liggen dat uit zichzelf bestaat. Ik heb het niet bedacht, ik heb het me niet voorgesteld, ik voel en zie het nu. Er is zachtheid, hartswerking doet zich aan mij voor als zachtheid. Hier kan ik verwijlen zonder het toe te eigenen. Het verandert van kleur. Het wordt echtheid. En als we tijdens het overleg de hartsintentie benoemen die ons voor ons gevoel definitief gaat thuis brengen, voel ik hartelijkheid opwellen. Hartelijkheid heeft niets te maken met een beweging naar buiten toe, maar is eenvoudig een open hart. Dat misverstand eruit kunnen halen geeft meteen ook de kracht weer van het overleg, van het inbrengen van wat er leeft in je: je eigen interpretaties gaan woekeren als ze niet tot rust worden gebracht, als ze intern worden gehouden. Door een vraag te stellen ontvang je een antwoord van leven, wordt je beleving gewekt, ga je er niet over denken, en kan het inzicht meteen worden meegenomen met een krachtige, verdiepte werking.

In de oefeningen hebben we veel gewerkt met invoelen. Duidelijk werd voor mij dat 'een ander willen helpen' eigenlijk inhoudt dat je iets wilt van die ander en dus niet belangeloos bent. Helpen kan alleen plaatsvinden door in je eigen kracht te blijven, door leven in je te laten werken en kijken, voelen waar iets resoneert. De belevingen bij de oefeningen waren heel luisterrijk en divers en mooi om te kunnen delen met elkaar.

De meest kernachtige expressie vindt plaats in het zitten. Helemaal te vertrouwen op leven, niet zelf te ademen, alle verschijnselen zien als werking, onvoorwaardelijk gezag aan de oefenvorm: dat kon nu ten volle plaatsvinden. Denken voelt als tijdverlies, dichtbij de oefenvorm zijn voelt dierbaar. Het ik - lichaam, adem, geest - is de sluitsteen van de schepping. Ik ben schepping, werking. Alles heeft zijn plaats, alles werkt heel natuurlijk. Diepste menselijkheid, hartsverbondenheid, alleen maar leven.

Birgitta


Je trekt je terug uit de jou bekende wereld om een paar dagen in goed gezelschap door te brengen in een besloten omgeving en gaat op ontdekkingsreis. Je hebt er geen flauw vermoeden van wat je op die reis zult tegenkomen.
Je hebt het voornemen om er blanco in te stappen, geen verwachtingen te koesteren omdat je uit het onderricht weet dat beelden averechts werken en alleen een open geest het onbekende kan toelaten.
Dat is in de praktijk bij visie-ontwikkeling, expressie én meditatie van levensbelang en tevens een groot struikelblok. Het is de telkens terugkerende toets voor onvoorwaardelijkheid.

En ik bén gestruikeld, heftig geconfronteerd met mijn karmische neigingen.
Ik heb het gevoel te falen als oefeningen niet gaan zoals ik me voorstel dat het moet gaan.
Een sluimerend gevoel van verzet kan zo maar, uit het niets, overgaan in een niet beheersbare woede.
Deze explosie van karmisch materiaal blijkt pure expressie van dharmawerking en nodigt krachtig uit om het leven diepgaand te onderzoeken.
Wat is mijn intentie, waar gaat het om, hoe wil ik leven?
Wat betekent het om leugenaar genoemd te worden? Ik laat de diepe betekenis ervan tot me doordringen en voel de potentie van een waarachtig leven.

Ik blijf er mee bezig, het onderzoek wil voortgezet worden
Als ik diep speur naar de oorsprong van weerstand en dit verschijnsel neutraal aanvaard verliest het de persoonlijke lading en verdwijnt.
De weg wijst zichzelf, het leven wil geleefd worden.

Juul